Gisterenavond in de schouwburg van Kerkrade een voorproefje van onze in eigen beheer gemaakte voorstelling van Ger Thijs’ Beneden de Rivieren gespeeld. In een prachtige schouwburg gedreven gerund door Bas Schoonderwoerd .Voor een uiteraard lege zaal maar voor twee camera’s die een live stream verzorgden voor het Vriendenpubliek van het Theater. Prachtig om mee te maken hoe al die theaterwerkers achter de schermen popelden om weer iets met hun métier te kunnen doen, zelden zo’n clubje technici en organisatie mensen gemotiveerd aan het werk gezien. Het werd voor mij een buitenaardse belevenis, teruggebracht tot de kern, als een secuur onderzoek naar de mogelijke betekenis van Toneelspelen. Na een jaar niet gespeeld te hebben viel me op (zwak uitgedrukt) hoe ontspannen ik me voelde en me misschien wel voor het eerst realiseerde dat dat “tweede’ bestaan een jaartje had liggen dobberen in het niets, een bedacht ‘niets’, alsof dat spelen van al die verschillende rollen in een trechter terecht is gekomen en het extract daarvan onverwacht op dat podium aan een tweede leven begon. En het duidelijkst kwam dat aan het licht omdat ik mijn eigen zoon Julien als tegenspeler had: wanneer ik dat op de repetities soms nogal confronterend ervoer ( omdat we in het stuk onder een vader en zoon relatie gebukt gaan) veranderde mijn zoon in een ander wezen, ik in een andere vader en leverden we een onbewezen veldslag, een alleen in een de schijnwereld bestaande veldslag die ik alleen maar kon voeren omdat ik een jaartje heb kunnen nadenken wat toneelspelen nu eigenlijk voor mij betekende. Maar daar ben ik nog niet uit.
Beneden de Rivieren
Kerkrade 18-3-2021
